Sla navigatie over en ga naar de inhoud

Alimentatie

Na echtscheiding (en ontbinding van een geregistreerd partnerschap) kan er sprake zijn van een onderhoudsverplichting van de ene ex-echtgenoot jegens de andere. Dat is afhankelijk van behoefte enerzijds en draagkracht anderzijds. De wet geeft geen specifieke regels. De behoefte wordt o.a. gebaseerd op de levensstijl tijdens het huwelijk.

Partneralimentatie wordt door de rechter vastgesteld of in onderling overleg overeengekomen.
Sinds 1 januari 2020 geldt een nieuwe wet, die de verplichting tot het betalen van partneralimentatie verder in duur beperkt. Deze wet is van toepassing op alle echtscheidingen, die na die datum worden aangevraagd.

De hoofdregel van de nieuwe wet is dat de duur van de verplichting om partneralimentatie te betalen gelijk is aan de helft van de duur van het huwelijk, met als maximum een termijn van 5 jaar. Dat was tot 1 januari 2020 12 jaar.

Hierop worden 3 uitzonderingen gemaakt:

  1. Zijn er ten tijde van de echtscheiding kinderen onder de 12 jaar: de alimentatieverplichting loopt dan door tot het jongste kind de leeftijd van 12 jaar heeft bereikt (dus maximaal 12 jaar);
  2. Heeft het huwelijk langer dan 15 jaar geduurd en is de alimentatiegerechtigde niet meer dan 10 jaar jonger dan de voor hem/haar geldende AOW-leeftijd: de alimentatie eindigt niet eerder dan op het tijdstip waarop de alimentatiegerechtigde de AOW-leeftijd bereikt (dus maximaal 10 jaar);
  3. Heeft het huwelijk langer dan 15 jaar geduurd en is de alimentatiegerechtigde 50 jaar of ouder (dus geboren op of vóór 1 januari 1970): ook dan is de alimentatietermijn maximaal 10 jaar. Deze uitzondering vervalt per 1 januari 2027.

De wet voorziet in een hardheidsclausule, op grond waarvan kan worden afgeweken van de wettelijke termijnen. Er is nog geen zicht op hoe rechters hiermee om zullen gaan. Omdat (verdere) verkorting van de alimentatieduur een in de maatschappij breed gedragen behoefte/wens is geweest, is de verwachting dat die clausule terughoudend zal worden toegepast.

Partneralimentatie is in principe fiscaal aftrekbaar voor de betaler en belast voor de ontvanger. De draagkracht van de betaler wordt negatief beïnvloed door fiscale overheidsmaatregelen, die inhouden dat de aftrek de komende jaren in toenemende mate wordt beperkt, naar 37% in 2023.

Inning achterstand: daarvoor kunt u (kosteloos) het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) inschakelen: www.lbio.nl

Alimentatie wordt wettelijke geïndexeerd per 1 januari. U kunt de percentages ook vinden op de website van het LBIO.

Kinderalimentatie
Op grond van de wet zijn ouders verplicht om tot 21 jaar te voorzien in de kosten van verzorging en opvoeding of studie en levensonderhoud van hun kinderen.

De kosten van kinderen worden (tot 18 jaar) meestal vastgesteld aan de hand van de Nibud tabellen kosten kinderen. Deze tabel is te vinden bij het NVvR rapport (“Tremarapport”) alimentatienormen: www.nvvr.org. Daarin worden de kosten van kinderen berekend aan de hand van het netto gezinsinkomen tijdens het huwelijk, het aantal kinderen en hun leeftijd. Voor de vraag hoe de kosten over de ouders worden verdeeld gelden ingewikkelde regels, waarbij gelet wordt op het individuele inkomen van iedere ouder en het aantal dagen per maand dat een kind bij de ene of andere ouder doorbrengt.